Boerenkaas Leidse belegen

Boerenkaas Leidse belegen

Al voor de Gouden-Eeuw wisten de boeren in en rondom Leiden hoe ze lekkere kaas moesten maken. Alleen was kaas toen der tijd niet het belangrijkste product wat van melk werd gemaakt. Kaas werd namelijk eerder gezien als een bijproduct. De boter was het belangrijkste product, kostbaar en rijk aan melkvet.

Na het onttrekken van room aan de melk voor de productie van boter, bleef er een magere melk over wat vaak werd gebruikt als bijvoer voor jonge kalveren. Dit noemt met ondermelk. Een slimme boer bedacht dat er met deze ondermelk ook geld te verdienen was en maakte er een magere kaas van. De kaas in en rondom Leiden kwam bekend te staand door een verfijnde smaak en de toevoeging van komijnzaad. De kaas werd hierdoor niet langer meer gezien als een bijproduct! Gelukkig maar 😉

Aangenomen wordt, dat deze magere kazen vooral werden geproduceerd om mee te nemen als proviand door de VOC. Magere kaas was beter te bewaren (bij de hoge temperaturen in de Oost) en zorgde aan boord voor een voedzaam deel van de maaltijd.

Alleen de leden van de “Vereniging van Boeren-Leidse Kaasmakers” mogen het reliëf met de Leidse sleutels aanbrengen in de korst van de kaas. Aan de hand hiervan is de enige echte Boeren-Leidse kaas te onderscheiden.





Terug naar overzicht